Eemnes vs Tilburg: wie wint?

Wandel & Handel

Mijn woongeschiedenis heeft mij onder andere langs Eemnes gevoerd. Voor degenen met wat minder topografische kennis: je vindt de stad – jazeker, Eemnes heeft in 1352 stadsrechten gekregen – op het kruispunt van de A1 en de A27, bij Hilversum. 

Ik heb daar ongeveer 18 jaar gewoond. 

Nu wil het toeval dat ik vlak voor de volgende fase van mijn wooncarrière een cadeau heb gekregen van de gemeente, en met mij alle inwoners.

Een huis. Niet zomaar een huis, Hèt huis.

Het Huis van Eemnes.

Het is een stalen, roestend gevaarte dat nu de woonruimte is van verschillende activiteiten en organisaties die her en der in de gemeente verspreid waren. Achter de voordeur stap je meteen de bibliotheek binnen. Die heeft vorm gekregen door de kasten met boeken door het hele gebouw te verspreiden. Het is even zoeken in het begin maar het went.

In de open ruimte vind je ook de horeca. Zowel gelijkvloers als op de eerste verdieping zijn er verschillende plekken om te werken, te praten of te overleggen. 

De trap dubbelt als tribune en er zijn verschillende leestafels. De koffie is lekker, de cappucino heet en er is een heuse kok die de hele grote keuken aan het draaien houdt.

Ik schat dat ongeveer de helft van het Huis in beslag wordt genomen door twee sporthallen waarvan de scheidingswand ook nog eens weggeschoven kan worden.

Het zalendeel is het derde grote onderdeel van het Huis en daar vind je zeven zalen waaronder de theaterzaal. 

Het Huis van Eemnes werd eind januari officieel geopend met een voorstelling van Karin Bloemen. Ik vermoed dat het een van haar laatste voorstellingen is geweest voor een groter publiek. 

Het was ook de eerste en laatste keer dat Het Huis van Eemnes een paar honderd bezoekers telde. Niet veel later hadden we de persconferentie van Rutte die de ‘intelligente lockdown’ aankondigde.

Dikke pech natuurlijk want het gebouw kon bijna meteen weer dicht. Het is nu weer open maar niet meer tot 22.00 maar tot 18.00. Jammer voor de kok.

Het Huis van Eemnes is een fraai cadeau met een stevig prijskaartje. En dat was ook zonder corona waarschijnlijk al het geval.

Het centrum moet betaald worden uit de verkoop van woningen op het terrein van het inmiddels gesloopte zalen- en sportcomplex De Hilt. Natuurlijk is er gesteggel met de ontwikkelaar over het woonprogramma. De klassieke tegenstelling: de gemeente wil op de eerste rij zitten, de maximale opbrengst en een flink aandeel sociale woningbouw; de ontwikkelaar gaat liever voor duurdere huizen.

Maar er is iets aan de hand met Het Huis. Bij de openingsvoorstelling van Karin Bloemen telde de zaal 240 zitplaatsen. OK, Eemnes is een stad maar telt toch echt niet meer dan 9000 inwoners. 

De opening van de trots van Eemnes viel ongeveer samen met het nieuws dat buurgemeente Huizen haar grote theaterzaal heeft gesloten. Huizen is een dorp maar wel een met bijna 41.500 inwoners. Op cultureel gebied is voor hen geen ander theater dan de Boerderij met 75 stoelen. Het kunnen er ook 70 zijn. Van die riet-gematte stoelen waar je een voorstelling op moet zien vol te houden. 

Is Eemnes nu zo’n culturele hotspot in het centrum van ‘t Gooi en Eemland? En zijn er zoveel clubjes en verenigingen die de 6000 vierkante meter van het Huis van Eemnes dagelijks kunnen vullen? 

Ik vrees van niet. Nu heeft de gemeente bij de planvorming uiteraard buiten corona gerekend maar hoe zal straks onder normale omstandigheden de theaterzaal gevuld gaan worden?

De Eemnesser toneelvereniging draagt aan de programmering bij. Die blijft gezellig in het eigen zaaltje met 45 stoelen.

De buurgemeente aan de andere kant, Baarn (21.500 inwoners), zit op het ogenblik midden in de discussie over de toekomst van theater de Speeldoos. Twee scenario’s liggen in het gemeentehuis op tafel: renovatie en nieuwbouw. Een lastig besluit want nieuwbouw is een aantal keren duurder dan het bestaande gebouw volhangen met de nieuwste theatertechniek en klimaatinstallaties.

Wat in Eemnes nauwelijks een rol heeft gespeeld is in Baarn een belangrijk onderdeel van de discussie namelijk de rol van het theater in de gemeente. De voorstanders van nieuwbouw willen de theateractiviteiten een plek geven in het centrum. Liever gezegd in het nu zieltogende winkelgebied. Dat kan een publiekstrekker goed gebruiken. 

Bij de optie renovatie blijft De Speeldoos precies wat het nu is: een cultureel centrum aan de rand van de bebouwde kom. Veel goedkoper maar het voegt geen dimensie toe aan het hart van Baarn.

Het Huis van Eemnes heeft de ambitie gekregen de huiskamer van de gemeente te worden. Ik zou denken dat je zo’n centraal ontmoetingspunt in het hart van de gemeente opent. Helaas, de meest centrale plek van de gemeente is nog steeds een parkeerterrein. Het roestende gevaarte is verrezen tussen de sportvelden en de nieuwe brandweerkazerne aan de rand van de bebouwde kom. Een gemiste kans.

Maar niet getreurd. Het Huis heeft daarmee een vergelijkbare locatie gekregen als de veel geroemde en internationaal met prijzen omhangen nieuwe bibliotheek van Tilburg. Beiden zijn, met Forum Groningen, Forum Zoetermeer en bblthk Wageningen doorgedrongen tot de shortlist van Beste Bibliotheek van Nederland 2020.

Het gaat hierbij niet zozeer om de panden maar om de manier waarop zij de functie van bibliotheek inhoud hebben gegeven. 

Daar heb ik geen verstand van. Hoewel: het inleveren en uitlenen is gedigitaliseerd maar verder is de bibliotheek van Eemnes nog steeds een verzameling kasten met boeken.

Bij de keuze van de Beste Bibliotheek van Nederland krijgen dit jaar de lokale verankering en de netwerkfunctie in het eigen verzorgingsgebied extra aandacht. Ik denk dat daarom Het Huis van Eemnes tot de shortlist is doorgedrongen want een bibliotheek die Dè huiskamer van een stad wil zijn kun je niet passeren.

Naar mijn idee zou zo’n gezichtsbepalend pand als een centrale huiskamer ook vanuit stedenbouwkundig perspectief mogen worden bekeken. En dan valt meteen op dat ook de nieuwe bibliotheek van Tilburg in de LocHal ook zo’n ontmoetingsambitie heeft: De LocHal is ‘een plek waar alles en iedereen samenkomt: leren en studeren, ondernemen en onderzoeken, ontmoeten en vergaderen, creëren en innoveren, exposeren en presenteren.’

Een tweede gelijkenis is dat de bibliotheek van Tilburg de gewaagde stap heeft aangedurfd om vanuit het centrum naar de LocHal te verhuizen. Ik vind dat van lef getuigen. 

De LocHal ligt in de Spoorzone, een brede strook achter het hoofdstation waar NS en ProRail hun werkplaatsen hadden. De gemeente Tilburg heeft kans gezien met behoud van het industriële en dus ruige karakter het gebied nieuwe functies te geven. Zoals een bibliotheek in de enorme hal waar nog niet zo lang geleden treinstellen in onderhoud waren. Een onderstel van een wagon doet nu dienst als centrale werkplek.

Wellicht minstens zo belangrijk is dat de bibliotheek dankzij de verhuizing naar de Spoorzone een goed argument is voor iedere Tilburger regelmatig naar dit centrale ontmoetingspunt te gaan. 

Daarmee verbindt het boekenpaleis nu de twee, door treinrails van elkaar gescheiden stadsdelen. Dat gebeurde in samenhang met de renovatie van het station waarbij een tweede, grote onderdoorgang is gerealiseerd. 

Deze vorm van verbinding biedt Het Huis van Eemnes helaas niet. Achter het gebouw liggen weilanden. Geen enkele kans dat daarop binnen de afschrijvingstermijn van Het Huis ooit een stadswijk zal komen. Het Huis is daarmee in meerdere opzichten een duur cadeau. Na renovatie van het oude centrum de Hilt hadden alle functies die Het Huis nu in zich verenigt een prima onderdak gehad. 

Ik ben onlangs, tijdens een van die hele hete dagen, weer eens in Het Huis. En het moet gezegd: voor vele miljoenen heeft Eemnes er wel een uitstekende airco voor gekregen.

De bibliotheek in de LocHal in Tilburg

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s