Wandel & Handel
Maandag 4 januari 2021. Om half tien meldt een van mijn vrienden dat hij de nieuwjaarsreceptie van zijn werk al achter de rug heeft. Online.
Het blijft wennen, vergaderen via je laptop. Laat staan gezellig zijn. Want we hebben juist als voordeel van Zoomen en Meeten ontdekt dat de lullepot waarmee pre-corona ieder overleg moest beginnen, niet meer gewenst is.
Academisch kwartiertjes zijn ook zó pre corona. Laptopbijeekomsten zijn tot de helft korter dan de analoge versies van een jaar terug.
Maar nu zitten we thuis te sippen dat het eigenlijk wel gezellig was om een kwartier over een bezoek aan de koffiemachine op de gang te doen.
Hoe zit het deze keer met de goede voornemens? Ik heb het idee dat veel mensen door 2020 té murw zijn geslagen om nog energie te steken in nieuwe doelen en gewoontes voor de komende 360 dagen. Zelf heb ik mijn gebruikelijk rijtje van voornemens die ik al jaren volhoud en mijn gewicht en vooral geestelijke gezondheid prima op peil houden: niet zoveel, maar wel gezond eten, een glas wijn in het weekend, iedere dag een fikse wandeling of iets anders uitsloverigs en vooral aardig zijn tegen anderen, hoe horkerig mijn medemens soms ook kan zijn. Wie glimlacht is altijd winnaar.
Voor algemeen gebruik heb ik wel een paar suggesties voor bij de digitale koffiemachine.
1. Gemeente, let op uw kernwinkelgebied
De door corona afgedwongen winkelsluiting maakt alle etalages donker en verhult dat bij een aantal de lichtknop nooit meer door dezelfde huurder wordt overgehaald. Zeker aanloopstraten in veel steden geven een beeld van verwaarlozing en verval. Straks komen we met z’n allen eindelijk tot de conclusie dat winkelgebieden te veel gevuld zijn met koffietentjes en second hand winkeltjes. De constatering dat Nederland een veel te hoge winkeldichtheid komt na afloop van de huidige lockdown keihard in ons gezicht.
Gemeenten en vastgoedeigenaren kunnen een nieuwe start maken en gezamenlijk zorgen dat het kernwinkelgebied wordt teruggebracht tot wat het moet zijn: de kern van je stad of dorp. Samen kunnen zij ook voor de oplossing zorgen: het brengen van nieuwe functies in leegkomende winkels.
Kijk naar de gemeente Hilversum waar twee grote winkelpanden in de hoofdwinkelstraat worden omgebouwd naar appartementengebouwen. Maar wel met een levendige invulling van de plint.
Of nog beter: kijk naar Oosterhout waar de gemeente het winkelcentrum in het hart van de stad heeft aangekocht om vooraan te zitten waar het gaat om de transformatie van de binnenstad. https://www.oosterhout.nl/nieuws/nieuwsberichten/nieuwsbericht/gemeente-oosterhout-koopt-zelf-arendshof-ii
2. Stop met de versaaiing van winkelstraten
We zien het overal gebeuren, met de Negen Straatjes en de Haarlemmerstraat in Amsterdam als triest dieptepunt. Het waren de gouden winkelstraten waar eigenaren aan het uitknijpen zijn geslagen om met nieuwe huurders hogere huurprijzen in hun zak te kunnen steken. Hoe kortzichtig kun je als pandjesbaas zijn om die winkelier met zijn bijzondere formule in te ruilen voor het zoveelste filiaal van een landelijke keten.
Ruim voor de lockdown hadden de straatjes al een deel van hun aantrekkelijkheid verloren en dat zal straks na heropening en de terugkeer van toeristen in een hogere versnelling doorgaan. Een fraai voorbeeld van hoe kortetermijndenkende vastgoedbazen de pauw van zijn veren ontdoen waardoor er een kale kip op hoge poten overblijft.
De toeristenstroom die de Negen Straatjes hadden, hebben de meeste andere steden niet. Iedere gemeente heeft voor zijn inwoners de plicht te zorgen voor een gevarieerd winkelaanbod. Voor de dagelijkse boodschappen en voor de beleving.
Probeer daarom de hoofdwinkelstraat niet vol te laten lopen met het rijtje Blokker-Hema-Bruna-Specsavers-the Sting. Laat daartussen de lokale boekhandelaar gloreren en zijn collega’s met de lokale lekkernijen, de wijnhandelaar die zelf de wijnboeren afreist, de durfal die een mix van mode en spullen aan de man brengt, de horecaondernemer waar naast je tafeltje lokaal bier wordt gebrouwen en de afgestudeerden van de edelsmidopleiding die een ambachtelijke horlogerie willen openen.
De vastgoedeigenaar moet beseffen dat een ondernemer met een gedurfd concept meer voor je winkelstraat betekent dan een nieuwe Scapino. De goodwill die de eerste realiseert mag zich best vertalen in een lagere huurprijs. En gemeente: faciliteer je lokale winkels en wees minder strak in je vergunningenbeleid.
3. Haal de muziektent uit de opslag
Ik heb het al eerder genoemd: ieder dorp en stad moet zijn muziektent uit de loods halen en op het centrale plein terugzetten. Geef je lokale culturele verenigingen en instellingen letterlijk een podium. Iedere zondag om 12 uur een concert of voorstelling. En zaterdagavond een set van de lokale dj. Je kunt kijken en luisteren op de royaal geplaatste bankjes waar je ook je cappuccino of witte wijn kunt consumeren die worden uitgeserveerd door de ondernemer aan de zijkant van het plein of desnoods een cateraar die tijdens uitvoeringen aan de gang mag. Je komt vrienden en bekenden tegen of leden van de uitvoerende vereniging als je ook plannen hebt in die richting.
4. Leve de veranda
En wat een schande dat er nog steeds huizen worden opgeleverd met een voordeur direct aan de straat. Tussen de voorkant en de stoep moet minstens ruimte zitten voor een veranda. We willen allemaal het buitengevoel naar binnen halen en meer bewegen in de buitenruimte. Nou dan!
5. Ruim baan voor het ambacht
In het Oude Dorp waar ik woon waren de afgelopen weken overal plekken waar je oliebollen kon kopen. Wel vier, vijf bakpunten op reukafstand van elkaar. Van Pax Kinderhulp die voor een goed doel bakte, de traditionele oliebollenkraam die er alleen in december staat tot en met de kroeg die Belgische bollen aan het bakken was en de winkel met lokale versspecialiteiten die super-de-luxe bollen aanbood. Allemaal op de stoep, het maken van het deeg en het gespetter in de pannen is na het vaccinatieperiode voor iedereen te volgen. Met een glaasje glühwein voor de gezelligheid. Het is niet voor niets dat de Duitse kerstmarkten bezoekers van uit de hele wereld trekken.
Oliebollen eten we niet het hele jaar door maar geef als gemeente de ruimte aan je lokale ondernemers die op de stoep iets verrassends willen doen. Neem bijvoorbeeld ambachtenmarkten, die trekken altijd veel publiek. Het is niet toevallig dat momenteel steeds meer jongeren opleidingen volgen waarin het traditionele maakproces centraal staat. Geef ze een plek op de stoep in de winkelstraat, niet alleen op Hemelvaartsdag maar het hele jaar door..
6. Bevrijd jezelf
Ook zo’n hekel aan die 16 miljoen bondscoaches en 17 miljoen vaccindeskundigen? Beste programmamaker, breng op televisie de tijd terug van vóór Dries Roelvink die het beleid van de coalitie mag bespreken. Iedereen mag van mij een mening hebben maar graag wel als je een aantoonbaar trackrecord kunt laten zien. Verwijder dus de roeptoeters en wappies van mijn beeldscherm. Zelf haal ik al die – meestal anonieme non-valeurs – onmiddellijk uit mijn timelines. Ik garandeer je, je beeldschermgebruik knapt er flink van op.
7. We hebben de betere boekwinkel nodig
Het is toch raar dat je nog alleen een krant of tijdschrift kunt kopen bij de supermarkt? Zoals horeca onmisbaar is voor het buikgevoel, zo zijn boekwinkels dat voor ons geestelijk welzijn. Donkere etalages gapen je echter aan. Maar ook je lokale boekhandelaar is online bereikbaar en hij brengt je bestelling desnoods op zijn fiets bij je langs. Wees gul en besel bij hem. Want anders loop je het risico dat Bol.com straks als monopolist uit de lockdown komt.